Dit is afhankelijk voor het soort zaak. In een burgerlijke zaak doet de rechter meestal uitspraak binnen één maand. Bij complexe zaken kan dit langer duren.

Bij strafzaken kan de uitspraak op het einde van de zitting gebeuren of op een latere datum. De rechter deelt de datum mee waarop de uitspraak gebeurt. Ook hier kan de uitspraak langer op zich laten wachten wanneer het om een complexe zaak gaat.

Verjaring van de strafvordering is niet hetzelfde als de verjaring van de straffen.

Het recht om straffen uit te voeren is aan bepaalde termijnen gebonden.

De verjaring van de straf is een verval van het recht van de overheid om de straf uit te voeren door het verstrijken van die termijnen.

De verjaring van de straf is van openbare orde; de veroordeelde kan er niet aan verzaken.

De duur van de verjaringstermijnen verschilt naargelang de aard van de uitgesproken straffen.

Criminele straffen verjaren door verloop van twintig jaren.

Correctionele straffen van meer dan drie jaar verjaren na verloop van tien jaar. Dat kunnen alleen gevangenisstraffen zijn.

De verjaringstermijn bedraagt vijf jaar voor correctionele straffen van drie jaren of minder, dus gevangenisstraffen, straffen onder elektronisch toezicht en autonome probatiestraffen.

Een zaak of een dossier seponeren betekent dat de procureur des Konings in een opsporingsonderzoek beslist om iemand niet te vervolgen. Hij klasseert het dossier zonder gevolg.

De procureur des Konings kan daartoe beslissen om verschillende redenen zoals onvoldoende bewijs, het misdrijf is verjaard, de verdachte is overleden, het belang van de zaak, het strafrechtelijk beleid enz.

De procureur des Konings kan altijd op zijn beslissing terug komen, wanneer er bijvoorbeeld nieuw bewijs voorhanden is.

In een gerechtelijk onderzoek (onderzoek dat geleid werd door een onderzoeksrechter) is seponeren niet mogelijk. Daar bepaalt de raadkamer (van de rechtbank van eerste aanleg) welk gevolg wordt gegeven aan een zaak.

Wanneer partijen in een strafzaak nog geen schadeëis kunnen voorleggen (om verschillende redenen: aanstelling deskundige is nog bezig, facturen ontbreken, enz.) dan kan de eisende partij ofwel een provisie vragen (voorschot) ofwel vragen dat de burgerlijke belangen worden aangehouden. Eens alle gegevens in het bezit zijn van de eisende partij, kan de zaak opnieuw voor de rechtbank gebracht worden.

In burgerlijke zaken wordt de uitspraak naar de advocaat verstuurd indien u een advocaat heeft zoniet naar uzelf. In dat geval is er dus geen probleem.

In strafzaken dient u op de griffie te informeren wanneer de uitspraak juist is geweest. Op de griffie kan u inzage krijgen van het vonnis of arrest.

Op het niveau van de eerste aanleg spreekt men van eiser (diegene die iets vordert) en verweerder (diegene die zich verweert tegen de eis).

Op het niveau van hoger beroep spreekt men van appellant (diegene die in beroep is gegaan) en geïntimeerde (diegene die zich verweert in hoger beroep).

Een persoon kan eiser zijn in eerste aanleg en geïntimeerde in hoger beroep.

Een persoon kan verweerder zijn in eerste aanleg en appellant in hoger beroep.

U vindt hierover meer informatie op de website van de gerechtsdeurwaarders.

Zowel in burgerlijke zaken als in strafzaken kan u hoger beroep instellen. Er zijn nochtans een aantal beperkingen en tevens dient u de in de wet voorziene termijn te respecteren. Indien het hoger beroep bijvoorbeeld niet tijdig is ingesteld, kan uw zaak niet in hoger beroep ten gronde behandeld worden.

U neemt best contact op met een bevoegd persoon, zoals een advocaat.​

Ook het Hof van Cassatie heeft zijn 'openbaar ministerie': het parket-generaal bij het Hof van Cassatie. Dit heeft een volkomen andere functie dan het reeds besproken Openbaar Ministerie. Het Hof van Cassatie oordeelt immers niet over de grond van de zaak, maar kijkt de wettigheid en de regelmatigheid van de gevoerde rechtspleging na. Het parket-generaal bij het Hof van Cassatie doet niet aan strafvervolging, maar geeft advies over de toepassing van de rechtsregels.

De procureur-generaal bij het Hof van Cassatie heeft de leiding over een parket-generaal en wordt bijgestaan door een eerste advocaat-generaal en advocaten-generaal.

Moet ik mij legitimeren ?

Als partij zal naar uw identiteit gevraagd worden. Mogelijks wordt ook uw identiteitskaart gevraagd. Dit is nodig zodat de juiste gegevens kunnen genoteerd worden.

Hoe spreek ik best de rechter of het openbaar ministerie aan ?

U moet zeker geen plechtige aanspreekvormen, zoals "edelachtbare" hanteren. U kan de voorzitter gewoon aanspreken met "mevrouw" of "mijnheer" of "mevrouw of mijnheer de rechter". De procureur des Konings kan u eveneens aanspreken met "mevrouw" of "mijnheer" of "mevrouw of mijnheer de procureur".

Mag of moet ik de rechter of de procureur des Konings een hand geven ?

Dit is niet gebruikelijk en laat dit dus best achterwege. Als partij zal de voorzitter u wel aanwijzen waar u plaats kan nemen.

Aan welke regels moet ik mij houden tijdens de zitting ?

Hierboven werden reeds een aantal regels aangegeven.

Als partij dient u zich beleefd te gedragen en enkel te spreken wanneer u hierom gevraagd wordt.

Indien u zich niet aan de regels houdt, kan de rechter u de toegang tot de zittingszaal ontzeggen.

In burgerlijke zaken wordt de uitspraak naar de advocaat verstuurd indien u een advocaat heeft zoniet naar uzelf.

In strafzaken wordt de uitspraak niet naar u verstuurd. U kan wel een kopie bestellen.

Ja, doch deze kunnen verschillen van rechtbank tot rechtbank.

In alle geval mogen geen dieren binnen in het gerechtsgebouw, tenzij blindegeleide - of hulphonden.

U mag geen foto's maken in het gerechtsgebouw en u mag ook niet filmen.

Roken en alcohol zijn verboden in het gerechtsgebouw. U mag ook niet eten in de zittingszaal.

Uw mobiele telefoon dient uitgeschakeld te worden tijdens de zitting.

U mag ook geen commentaar geven op opmerkingen van één van de partijen of op de uitspraak.