Rechtbank verklaart twee Spaanse journalisten schuldig aan privacy-schending van twee Catalaanse politici

22/04/2025

De rechtbank van eerste aanleg Leuven heeft vandaag twee Spaanse journalisten ('de beklaagden') schuldig verklaard aan het onrechtmatig onderscheppen, kennisnemen en opnemen van privé-communicatie tussen de Catalaanse politici A.C. en C.P. De rechtbank kent zowel aan A.C. als aan C.P. een morele schadevergoeding toe van 3.500 euro. De feiten vonden plaats in Leuven op 30 en 31 januari 2018 tegen de achtergrond van de Spaanse constitutionele crisis van 2017-2018. Volgens de rechtbank geven de gepleegde feiten blijk van een gebrek aan normbesef en respect voor de privacy van anderen.

Feiten

In de avond van 30 januari 2018 vond in het voetbalstadion van OH Leuven een evenement plaats georganiseerd door de lokale afdeling van een politieke partij. Ook de Catalaanse politicus C.P. zou op dat evenement aanwezig zijn en een toespraak geven. Maar hij besliste op het laatste moment om zich te laten vervangen door A.C.

Omwille van de gespannen politieke situatie in Spanje kon het evenement op heel wat persbelangstelling rekenen en waren er ook Spaanse journalisten aanwezig, waaronder F.H. en L.N. Ze zaten vlak achter de stoel waarop A.C. zat. In de loop van de avond kregen F.H. en L.N. in de gaten dat A.C. op zijn smartphone berichten ontving van een zekere C., waarvan zij vermoedden dat het ging om C.P.. Daarop besloten zij om met behulp van hun camera een korte opname te maken van het scherm van de smartphone van A.C., die zij achteraf bekeken om zo de inhoud van de berichten te kunnen achterhalen. Op die manier kwamen beide journalisten aan vertrouwelijke informatie over de visie van C.P. op de toenmalige gespannen politieke situatie in Spanje.

Deze informatie was bijzonder delicaat en werd op 31 januari 2018 ‘s ochtends kenbaar gemaakt en uitvoerig besproken in een populair actualiteitsprogramma op de Spaanse televisie. Daarbij deden F.H. en L.N. zelf uit de doeken hoe ze aan de informatie geraakt waren.

Het wereldkundig maken van de inhoud van de berichten van C.P. had een grote impact op de politieke situatie in Spanje, die al bijzonder gespannen was. Er werd dan ook uitgebreid aandacht aan besteed in de Spaanse en de internationale media.

Beoordeling van de schuld

De rechtbank verklaart de journalisten F.H. en L.N. schuldig aan het onrechtmatig onderscheppen, kennisnemen en opnemen van privécommunicatie tussen de Catalaanse politici A.C. en C.P.

De rechtbank stelt vast dat de berichten die C.P. in de avond van 30 januari 2018 verzond aan zijn bevriende collega-politicus A.C. een vertrouwelijk karakter hadden. Deze berichten behoorden tot de privésfeer van de betrokkenen, ondanks het feit dat ze een commentaar vormen op een belangrijke publieke aangelegenheid (het Catalaanse onafhankelijkheidsstreven).

Strafmaat

De rechtbank oordeelt dat de feiten ernstig zijn en blijk geven van een gebrek aan normbesef en respect voor de privacy van anderen. Het feit dat het gaat om publieke figuren vormt geen geldig excuus voor de gepleegde feiten. Ook publieke figuren hebben recht hebben op de eerbiediging van hun privéleven. De betrokken politici voelen zich dan ook terecht gekrenkt in hun menselijke waardigheid.

Gezien de aard van de gepleegde feiten en de impact ervan op de slachtoffers, vormt de gunst van de opschorting volgens de rechtbank een onvoldoende krachtig signaal ten aanzien van beide beklaagden. De rechtbank houdt bij het bepalen van de strafmaat wel rekening met de overschrijding van de redelijke termijn in strafzaken, die in dit geval meer dan zeven jaar bedraagt sinds de aanvang van het gerechtelijk onderzoek. Dit alles maakt dat een eenvoudige schuldigverklaring voor de rechtbank de meest gepaste sanctie is.

Schadevergoeding

De rechtbank kent zowel aan A.C. als aan C.P. een morele schadevergoeding toe van 3.500 euro.