Hof van beroep spreekt beklaagde vrij wegens verkrachting

30/06/2025

Het hof van beroep Gent heeft een man vrijgesproken wegens verkrachting. De man had tussen 2018 en 2021 zijn prostitutiebezoeken in Gent niet betaald. Er bestaat voor het hof geen betwisting dat de betrokken sekswerkers instemden met het stellen van seksuele handelingen met de beklaagde, en dit gedurende de volledige duur ervan.

Feiten

De beklaagde had tussen 2018 en 2021 diverse prostitutiebezoeken in Gent niet betaald. Hij werd hiervoor aangeklaagd wegens verkrachting.

Veroordeling door correctionele rechtbank

De correctionele rechtbank in Gent veroordeelde de beklaagde wegens verkrachting tot een gevangenisstraf van 25 maanden (vonnis van 5 juni 2023). Hij werd ook voor een periode van 5 jaar uit zijn burgerrechten ontzet.

De beklaagde ging tegen dit vonnis in beroep.

Behandeling hof van beroep

Anders dan de eerste rechter, is het hof van oordeel dat de tenlasteleggingen niet bewezen zijn. Het hof baseert zich hiervoor op volgende motieven:

  • Het seksueel zelfbeschikkingsrecht impliceert dat seksuele betrekkingen de instemming vereisen van de betrokken personen. Als deze toestemming ontbreekt, is dit in de regel een strafbare aantasting van het seksueel zelfbeschikkingsrecht.
  • Voor het hof bestaat er geen betwisting dat de betrokken sekswerkers instemden met het stellen van seksuele handelingen met de beklaagde, en dit gedurende de volledige duur ervan.
  • Het is juist dat, zoals het bestreden vonnis overweegt, de betrokken sekswerkers hun toestemming voor de seksuele betrekkingen met de beklaagde niet hadden gegeven, indien zij hadden geweten dat zij voor hun diensten niet betaald zouden worden. Dit uitblijven van betaling brengt echter niet teweeg dat de toestemming van de bedoelde sekswerkers tot het stellen van seksuele handelingen gebrekkig was, en er sprake was van het ontbreken van deze toestemming. Het onrechtmatig handelen van de beklaagde treft immers niet het seksueel zelfbeschikkingsrecht van de betrokken sekswerkers, maar hun vermogensbelangen.
  • Geen enkele van de betrokken sekswerkers deed aangifte wegens verkrachting, of stelde dat ze zich door het handelen van de beklaagde aangetast voelde in haar seksueel zelfbeschikkingsrecht of haar seksuele integriteit. Zij verklaarden alleen financieel nadeel te hebben geleden en te zijn opgelicht.
  • De toestemming tot seksuele handelingen beoogt de bescherming van het seksueel zelfbeschikkingsrecht, niet van particuliere vermogensbelangen. Deze toestemming kan dus niet aangetast worden door een dwaling of een bedrog dat uitsluitend betrekking heeft op de solvabiliteit van, of de bereidheid tot betaling door, de seksuele partner. De omstandigheid  dat de feiten werden gepleegd ten aanzien van sekswerkers, doet daaraan geen afbreuk.

Vrijspraak door hof van beroep

Rekening houdend met de bovenvermelde motivering heeft het hof van beroep de beklaagde vrijgesproken.